Een geval van innerlijke kracht
Na onze heftige ‘landing’ op het terrein van Alutkot zijn de volgende twee dagen erg heftig voor ons geweest. De angst is hier zo aanwezig en voelbaar, dat velen van ons er regelmatig door geblokkeerd worden. “De kinderen zeggen helemaal niks.” “Ze geven helemaal geen antwoord als je hen iets vraag.” “Ik weet niet zo goed wat ik hier moet doen en voel me niet op mijn plaats.” Deze zinnen werden regelmatig geuit door onze studenten. Door de grote cultuurschok werd het voor ons als Nederlanders een enorme uitdaging om binnen deze situatie te functioneren. Toch, voor de kinderen, voor de key teachers, maar ook zeker voor onszelf konden we de moed niet laten zakken. Ik heb mijn alles gegeven om de studenten te assisteren en een hart onder de riem te steken. Vanwege de omgeving merkte ik wel dat dit veel van mij nam. Maar, straks is daar een aantal weken vrij om bij te komen. Ik ben hier om te werken!
Als ik woensdag op de school aankom wordt de sfeer gelijk verstoord door een afschuwelijk gekrijs op de achtergond van het volkslied dat de leerlingen aan het zingen zijn. Het geluid blijkt afkomstig te zijn van een jongetje van drie, die doof blijkt te zijn. Vanwege zijn doofheid hoort hij niet hoe hard hij schreeuwt en een lijdend gekrijs vult de lucht. Het vormt een schel contrast met de militaire wijze van zingen dat uit de overige kinderkeeltjes voortkomt. Het dove dreumesje strompelt onze kant op. Ik zie een duidelijk zichtbare ontstoken plek op zijn voetje waar vliegen zich aan tegoed doen. Een leerkracht blaft de naam van een leerling en wijst naar het jongetje dat nog steeds oorverdovend loopt te krijsen. De oudere leerling breekt uit de perfect rechte rijen en snelt zich er naartoe. Ze pakt hem op en verdwijnt uit het het zicht. Even later wordt het stil. Omdat dit betreffende kind de dove zoon van een leerkracht is, zal hij getroost worden, niet gestraft. Zo is het dan ook wel weer hier…
Als ik later met Grace in overleg ben over de rekenles die wij samen gaan coteachen, word ik onderbroken door een collega die van slag is. Daniëlle stapt op mij af en vertelt mij dat we met een situatie zitten. Het blijkt dat een van onze studenten tegen de vlakte is gegaan. Terwijl ze uit het raam van haar klaslokaal keek zeg zij hoe een oudere leerling een jongere te lijf ging met een stok. Voordat zij kon ingrijpen was er echter al een andere docent bij betrokken. De aanpak van deze docent betrof een nog ergere afranseling, nu richting beide leerlingen. Terwijl de stok van eigenaar wisselde, besefte de studente wat er nu ging gebeuren. Een paar momenten later is ze flauwgevallen. Zodra we bij elkaar komen voor een crisisgesprek, dient situatie twee zich aan. Studente nr twee is zo aangedaan door het voorval, dat ook zij knapt. Ze ziet het niet meer zitten en trekt zich even terug. Daniëlle kijkt me verslagen aan en ook ik begin het nu moeilijk te krijgen. Ik stel voor allebei een student op ons te nemen en wat damage control te doen. Een uur later staan beide studentes weer voor de klas te zingen en te dansen. Mijn borst ontploft zowat van trots. Voor mensen die zich keihard inzetten om met kinderen te werken zijn dit zeer heftige ervaringen. Toch staan beide studentes te stralen en laten zich niet kennen, hulde! Lof ook voor mijn teamleider, die dit alles in goede banen weet te leiden. Wat een kracht is hier te vinden.
30 minuten later is het tijd voor mijn rekenles aan P6. Terwijl ik de klas in stap beginnen de kinderen met hun gebruikelijke begroetingen. Terwijl ik hen aanhoor voel ik de vermoeidheid in mijn hoofd toeslaan. Ik heb veel energie moeten gebruiken om de schades van vandaag te herstellen. Dat maakt de tank een stuk leger, terwijl ik nu zelf nog presteren moet. Omdat de meeste mensen ernaar uitkijken mij en madam Grace te zien lesgeven, zit de achterste muur van het lokaal vol met collega’s. Ook dat nog… Voordat ik begin vraag ik de leerlingen hun boeken te pakken. Terwijl zij dit doen neem ik een momentje om heel bewust terug in mijn kracht te komen. Vervolgens zet ik een intentie neer in dit klaslokaal: ik wil een meester Robin sfeer! Samen met Grace (zij is wiskundedocente en zal de instructie doen) leg ik een zachte sfeer neer. Ik vraag vaak of mijn bedoeling begrepen wordt, kom constant op mijn hurken om mijzelf op hun hoogte te brengen en strooi met complimenten en bemoedigingen. Meer en meer zie ik nu stralende koppies om me heen. Grace is al net zo succesvol bezig. Ze neemt de tijd om aan te sluiten bij de voorkennis van de kinderen, i.p.v. door te denderen naar het lesdoel en nodigt hen uit rechtop te staan en hardop te spreken, zodat “jullie broeders en zusters jullie kunnen horen.” Als kleine, bange vogeltjes die voor het eerst naar de rand van het nest kruipen, verlangend naar de vrijheid, openen de kinderen zich meer en meer en maken zich klaar voor hun eerste vlucht. Als ik de dual check introduceer, een werkvorm waarbij de leerlingen elkaar afwisselend moeten coachen, valt het stil. Zodra ik de kinderen vertel dat ik hen graag wil horen, omdat ik dan weer dat er overlegd wordt, stijgt het volume hier en daar. Ik stimuleer nogmaals, en nogmaals en langzamerhand krijgen ze de smaak te pakken. De werkvorm wordt vervolgens fantastisch goed uitgevoerd, helemaal voor een eerste keer! Nogmaals voel ik trots door mijn lijf stromen, dit keer gericht op mezelf en Grace. Hoe wij deze klas ingingen en uitkwamen, de wereld van verschil tussen deze momenten, zal ik nooit meer vergeten.
15-07-2015, Lira Oeganda